maandag 30 augustus 2010

Vrijongezellig

Vrijgezel zijn is niet leuk. There you have it. Een jaar geleden had ik die stelling fel tegen gesproken. Dan had ik gezegd dat het heerlijk is om al die vrijheid te hebben. Alle tijd van de wereld om te gaan en staan waar ik op dat moment zin in heb. Niemand met wie ik moet strijden voor een daginvulling. Geen compromissen. Geen verplichte bezoekjes. Ruimte. Geen kleine irritaties rondom tandpastadopjes en wc-brillen. Geen agenda’s of ritmes op elkaar afstemmen. Niemand die je claimt of jaloers is op de hoeveelheid tijd en aandacht die je aan een ander besteedt.

En nu een jaar later kan ik zeggen: het is allemaal waar. Al die voordelen van vrijgezel zijn, zijn waar. Dat vind ik nog steeds. En toch zeg ik ‘vrijgezel zijn is niet leuk’. Omdat dat voor mij net zo waar is. Ik mis een man in mijn leven. Niet zomaar een man, want zomaar een man is niet het antwoord. Ik mis een partner. Iemand met wie ik lief en leed kan delen. Iemand met wie ik de tijd kan vergeten. Iemand met wie ik kan fantaseren over later. Iemand naar wie je kijkt midden in de nacht waardoor die gelukzalige glimlach niet meer van je bek te timmeren is. Iemand die er altijd voor je wil zijn en onvoorwaardelijk van je houdt. Iemand die ik mijn warmte en bescherming kan geven. Iemand die je hart sneller laat kloppen en je lijf in vuur en vlam zet. Iemand met wie dit allemaal kan, niet voor even, maar voor een leven lang.

zaterdag 28 augustus 2010

You can leave your hat on

Afgelopen week wàs ik van plan een beetje op te ruimen in en rondom mijn boekenkast. Ik had net een paar plankjes leeg gemaakt toen ik op twee dozen stuitte. Die staan al heel lang bovenop de kast en ik was vergeten wat erin zat. Ff checken. Foto’s dus. Stapels foto’s. Van verschillende periodes. Ik als baby. Als kind. Als tiener. Als begin-twintiger. Veel vakantiefoto’s van my girl J en ik. We hebben zo’n 4 zomervakanties met elkaar ondernomen (en ik hoop stiekem dat het er nog eens van komt). Je kunt je voorstellen dat met twee dozen foto’s en twintig jaar aan herinneringen van dat opruimen niet zoveel terecht kwam. Leuk om te zien wat je toen droeg aan kleding. Hoe je je haar droeg. Minder leuk om te zien hoeveel beter je er toen uitzag, dat wel. Maar wat me opviel tussen die foto’s was dat ik in mijn tienertijd al een geheel eigen stijl had. Ik trok me wel wàt aan van het modebeeld, maar ik vertaalde het naar mijn eigen ding. En ik droeg regelmatig hoofddeksels. Geen caps, maar hoeden en petten. Vind ik gaaf. Ik krijg ook meteen zin om een of meerdere exemplaren te zoeken voor deze winter. Als mijn salaris gestort is dat wel...

vrijdag 27 augustus 2010

Candy Candy

Mierzoet was deze serie. Soap eigenlijk. Ik keek ‘m. Als kind moest ik dit zien. Een verhaal van een weesmeisje dat wanhopig wachtte op haar prins op het witte paard en ondertussen van alles meemaakte. Als ukje zat ik ook regelmatig te grienen bij deze serie. Dat verzin je toch niet. Zelfs toen al was ik een hopeloos romantisch geval. Zou het zo vroeg al mis zijn gegaan met me?

zaterdag 21 augustus 2010

Mijn trending topic

Ik heb een burn-out. Dat is inmiddels bij de nodige mensen bekend. Toch, hier op mijn blog ben ik er altijd een beetje schimmig over geweest. Waarom? Eigenlijk zijn daar verschillende redenen voor. Omdat ik me afvroeg of het carrièrewise wel zo handig was om het te vermelden. Omdat ik te maken heb gehad met de nodige vooroordelen. Omdat er mensen zijn die de ziekte niet begrijpen. En vast nog meer redenen. Maar ik realiseer me nu dat mijn medische toestand net zo goed een onderdeel is van mijn leven als alle andere dingen waarover ik schrijf. En ik ben niet de enige. Van alle mensen die heb ontmoet in het afgelopen jaar, heeft minimaal 30% hetzelfde meegemaakt. Gek hoor. Niet dat ik die mensen bewust opzoek, maar het komt dus erg vaak voor.

In december 2009 was daar de constatering van burn-out, en dat het niet zo’n kleintje was ook. Zoiets overkomt je niet ineens. Nee voor zoiets is jaren van training en opbouw nodig. Verkeerde gewoontes, destructieve methodes, waarvan je zelf denkt dat het ‘normaal’ is. Gedrevenheid, ambities voor jezelf en voor anderen, je verantwoordelijk voelen voor alles, hoort er toch gewoon bij? Niet dus. En sinds december worstel ik met mijn herstel. Helaas nog meer dan ik zelf dacht. Dat bleek wel toen die major terugval van 2,5 week geleden zich aandiende. En ook na een bezoekje aan de 040BYOpicknick. Ik ben mijn eigen valkuil. Ik leg mezelf bewust en onbewust targets op. Ik creëer een druk die niet gezond is voor mij. Dat zit ‘m in kleine en grote dingen. Ik wil graag meedoen aan leuke gezellige events, terwijl het me uitput. Ik wil dingen ervaren, zoals een concert waar ik al een tijd naar uitkeek, terwijl ik niet nadenk over de gevolgen. Ik wil bezig zijn met mijn toekomst, terwijl ik vergeet dat het heden de meeste aandacht nodig heeft.

Begin deze week zei iemand me “hoeveel levens heb jij eigenlijk?” en dat zette me aan het denken. De volgende dag clearde ik mijn agenda. Ik zei mijn afspraken af en ik verkocht mijn concertkaartje. Ik moet helemaal terug naar 0. En het vanaf daar met hele kleine stapjes opbouwen. En continu kritisch blijven op wensen of grillen die vanuit mijzelf komen. Hoe enthousiast ik ook ben. Activiteiten van meerdere uren zijn te hoog gegrepen voor nu. Alles wat vandaag belangrijk lijkt, wandelt niet weg als het morgen wordt. Dat weet ik nu. En daarom schrijf ik het ook nu op. Maar ik ben als de dood dat ik het weer vergeten ben als ik het nodig heb.

donderdag 19 augustus 2010

Grave yard hoppin' St. Joris




De rest van het album vind je hier.

dinsdag 17 augustus 2010

Sportcultuur

Nederland is een beetje een gek land als het op sport aankomt. Bij ieder groot evenement wordt er veel airtime besteed aan de voorbereidingen, de achtergrond van de sporters en meningen van analysten. Misschien is dat in landen als Spanje nog veel extremer, maar laten we de Nederlandse aandacht ‘gewoon veel’ noemen ten opzichte van de nog grotere sportlanden. Ondanks al die airtime blijven we als toeschouwer sceptisch. We verwachten niet ècht dat de Nederlandse sporters ver komen, we hopen het wel, maar we blijven zogezegd ‘realistisch’. Als de sporters in kwestie dan een beetje teveel zelfvertrouwen uitstralen en hun eigen hoge verwachtingen zelfs publiek verkondigen, dan slaat onze scepcis om in afkeer. Ze (niet ‘we’) blazen weer te hoog van de toren, wordt dan gezegd. En na iedere sportprestatie (verbluffend goed of niet) hebben we altijd wel commentaar. Ik zeg niet dat er geen kritiek mag zijn, maar het lijkt wel of we altijd wel wat te zeiken hebben. Zo viel ik afgelopen weekend binnen bij het laatste stukje Studio Voetbal. Er werd gesproken over het WK en de toon van het gesprek was alles behalve positief. De stijl van het voetbal was niet mooi genoeg, de Nederlandse overtredingen in de finale waren veel te hard en op de keuzes van de trainer viel ook het een en ander aan te merken. Nee het voetbal verdiende niet de schoonheidsprijs en ja de finale was hard, van beide kanten en nee ik begreep er ook niets van dat Van Persie steeds weer werd opgesteld... Maar, we stonden in de finale. In de finale van het WK! Het hele land stond op z’n kop. Decennialang hadden we dit niet gepresteerd. Super toch? Maar nee, de sfeer achteraf is toch weer negatief. Kenmerkt dat nu de Nederlandse sportcultuur? Of is het het kop-boven-maaiveld-principe? Ik begrijp het in ieder geval niet. Of moet ik daar een betere sportkenner voor zijn? Kan iemand het me uitleggen?

zaterdag 14 augustus 2010

Extreem rechts gelul

Vanmiddag werd ik getrakteerd op een hele ‘bijzondere’ politieke discussie. Laat ik eerst even de setting schetsen, zodat jullie niet het verkeerde beeld krijgen. Ik was dus niet in gesprek met legerkistjes dragende mensen met kaalgeschoren hoofden. Nee, ik was in de winkel van de plaatselijke traiteur om wat hapjes uit te zoeken voor morgen. De eigenaar bood me een glaasje rosé aan en ik raakte in gesprek met de eigenaar en twee andere gasten. Een man van in de 60, gekleed in golfbroek, vest en petje en een vrouw van in de 40 met haar, make-up en kleding tot in de puntjes verzorgd. Het gesprek ging over het fenomeen Wilders. De drie aan de toog vonden dat hij veel goede punten had, alleen hij formuleerde ze af en toe een beetje onhandig. Ik merkte op dat ik zijn manier van debatteren eigenlijk niet eens zo slecht vond, maar dat zijn standpunten me niet aanstonden en dat ik de aanstaande rechtse coalitie een eng idee vond.

Vanaf dat moment was het hek van de dam. Ik had ook eigenlijk beter moeten weten. Ik heb geen zin in discussies over politieke voorkeuren. Niet omdat ik niet achter mijn mening sta, maar omdat ik het zinloos vind om daarover te redetwisten. Vaak lopen dat soort gesprekken uit op de een die de ander probeert te overtuigen en voor zijn of haar politieke kleur probeert te winnen. En dat vind ik onzin. Ieder heeft zo zijn eigen standpunten en dat moet iedereen zelf weten. Dat gezegd hebbende, ben ik hevig geshockeerd over het gesprek van vanmiddag.

De man met pet haalde het ene na het andere becijferde feitje boven tafel. Hoeveel Marokkanen er wel niet achter tralies zaten, hoeveel dat kostte per dag en ga zo maar door. Over een kennisje van hem dat werkte op het Nederlandse consulaat in Marrakech en had bevestigd dat Nederland het enige land was dat kansloze immigranten verwelkomde. En dat het land naar de kloten ging. De vrouw in kwestie gooide er zo nu en dan nog een leukje bij als “in Nederland zijn meer moskeeën dan kerken” en “je moet eens proberen om een kerk in Turkije te bouwen”. Ik bleef erbij dat iedere persoon of groepering die een andere groep buiten sluit, bij mij aan het verkeerde adres is. Vanaf dat punt intensiveerden de drie hun aanval. Allereerst werd mij duidelijk gemaakt dat Wilders niet discrimineert, hij heeft immers een vrouw van buitenlandse afkomst... Ndus. Daarna kreeg ik ‘what ifs’ naar mijn hoofd die als volgt klonken: “Wat als je op de wachtlijst staat voor een huurwoning en hoort dat het ene na het andere hoofddoekje voor gaat ten nadele van jou?”. “Als je op bezoek gaat bij een Turks gezin en je wordt gevraagd om je schoenen uit te doen, dan doe je dat toch ook, nou dan kunnen zij die theedoek toch ook af doen?” Ik maakte een opmerking dat als er met zo weinig respect gesproken werd door de drie ik geen zin had om het gesprek voort te zetten, maar ik bleef rustig. Vervolgens maakte ik weer een fout door te zeggen dat ik niet hoopte dat het land deze kant, met deze denkbeelden, op ging. Want hoppakee, daar kwam de volgende lading vuurwerk. De vrouw in kwestie tetterde in mijn rechteroor wat ik dan van plan was. Weg te gaan uit Nederland? Ha, dat moest ik maar eens proberen? Waar wilde ik naartoe? Ik kon nergens terecht want alleen wij waren zo dat we zomaar iedereen binnen lieten. Vervolgens kreeg het gesprek nog wat bijzondere wendingen. Zo leek het hoge echtscheidingspercentage, gebrek aan opvoeding van de huidige jeugd en geestesziekten ook ineens onderdeel van het probleem dat Wilders wel eens zou oplossen (ja de man en vrouw in kwestie hoorden bij elkaar, ze hadden zelfs een gezamenlijke psychologiepraktijk)...

Ik sloot af met dat ik me op de rest van mijn boodschappen ging concentreren. Maar toen ik uiteindelijk door de Jumbo rondliep, het stel even later ook in de super zag rondlopen, bleek dat toch een stuk moeilijker dan ik dacht. Ik bleef maar mompelen in mezelf “on-voor-stel-baar” en vergat wat ik nodig had...

vrijdag 13 augustus 2010

Een textuur-boeketje overvloed in Nuenen






Size matters

Een paar jaar geleden kocht ik een Nikon D40. Hij was in de aanbieding en ik was op zoek naar een camera. Appeltje eitje dus. Het is de instapper van Nikon, dat weet ik, maar ik ben uiterst tevreden over het ding. Ik ben ook geen pro, of semi-pro, dus een D90 of serieuzer is nergens voor nodig (ook al kan ik kwijlen bij het zien van de grote camerabroers). Al een tijdje heb ik de wens om een leuke tele/zoom aan te schaffen. Zeker nu er een kans is dat ik in het najaar een tripje onderneem naar de stad waar een stukje van mijn hart is blijven liggen.

Vanmiddag kreeg ik het op mijn heupen en crosste ik naar de MediaMarkt om te zien wat er zoal was. Na wegduiken op de roltrap omdat ik een ex van me zag lopen (ik zag er niet echt presentabel uit, vond ik zelf) en behoorlijk lang wachten op de camera-afdeling (er waren meer mensen op hetzelfde idee gekomen) liet ik me voorlichten over de verschillende geschikte tele’s. Nu dacht ik altijd dat Tamron waardige lenzen maakte voor Nikon-camera’s voor een hele nette prijs. Maar het aanbod was beperkt en zeker niet goedkoper. Dus werd ik voorgesteld aan twee gezellige Nikon broeders. De 55-200 VR en de 70-300 VR II. Groot verschil in prijs. Groot verschil in gewicht. Groot verschil in ‘hoe stevig voelt ie in de hand’. Groot verschil in formaat. What to do? De 55-200 VR paste in mijn budget. Maar ja, die andere, dat was tenminste een echt apparaat. Een uur heb ik staan te dubben. Kijken. Vasthouden. Met andere bezoekers kletsen. Nog een keer vasthouden. En uiteindelijk hakte ik de knoop door. Ik kan alleen maar zeggen: size does matter.

zaterdag 7 augustus 2010

Tolerantie vs vrijheid

Afgelopen week zag ik een reis/reportageprogramma waarbij een dame op bezoek was in Uganda. Ze deed navraag naar homosexualiteit in dat land. De reacties van de mensen die zij sprak, zowel de toevallige voorbijganger op straat als de woordvoerder van de president, waren ronduit schokkend. Homosexualiteit was een ziekte. Net als drugsverslaving of ieder andere misfunctionering van lichaam en ziel. Homosexualiteit is strafbaar in Uganda. En als je uit de kast komt, kun je rekenen op bedreiging, verstoting, mishandeling en vervolging. Op dit moment ligt er een wetsvoorstel waarbij de doodstraf kan worden opgelegd voor het ‘vergrijp’ homosexualiteit. Dat klinkt onvoorstelbaar, maar als het programma de meningen op straat vraagt, blijkt dat de Ugandees het eigenlijk een hele redelijke straf vindt. Verbijsterd was ik. En misselijk tegelijk. Je kunt zeggen “Tsja dat is een of ander onderontwikkeld land” ter verdediging. Maar voor zo’n visie op sexuele vrijheid is naar mijn mening geen enkele verdediging mogelijk...

Een paar dagen later zag ik een ander programma. Het COC stuurde Respect2Love-streetteams naar het Kwakoe festival. Nederlandse setting, Nederlandse mensen, geen gekke dingen zou je denken. Toch? Totdat de camera crew een gesprek aanging met mensen als de leden van het streetteam uit beeld waren. Het bestaan van homosexualiteit werd door mensen ronduit ontkend. Een ander zei weer “Als ik had geweten dat die dame lesbienne was, had ik geen praatje met haar gemaakt”.

Daar sta je dan met je ‘Nederland is een tolerant land’. Helemaal niks tolerants aan. En hoezo ‘tolerant’. Wat is dat voor een woord. Waar is tolerantie voor nodig? Tolerantie is niks anders dan het verdragen of gedogen van iets waar je eigenlijk op tegen bent. En hoe kun je nu uberhaupt tegen vrijheid zijn? Ik word daar kwaad om en ik snap het niet. Dat moest ik even kwijt. Dank u.

Bloemetje voor oma

donderdag 5 augustus 2010

Hammertime

Gisteren was geen goeie dag. Dat waren de dagen die eraan vooraf gingen eigenlijk ook niet. Het begon met intense vermoeidheid. Langzaamaan kwamen daar wat tekenen bij, zoals plotselinge aanvallen van duizeligheid, intensieve en verhalende dromen, slecht zicht (nog slechter dan normaal) en onrust. Toen ik gisterochtend arriveerde op mijn afspraak voelde ik al dat het echt niet goed met me ging. Maar ik vond dat ik er maar doorheen moest. Niet zeuren, kiesjes op elkaar en ff volhouden. Het bezoekje was een gevecht met mezelf en toen ik thuis kwam sloeg de beroerdheid nog harder toe. Lichte koorts diende zich aan en ik kroop weg onder mijn dekentje op de bank. ‘s Avonds belde een vriendin die me een spiegel voorhield. Gelukkig maar, want blijkbaar ben ik zelf niet in staat mijn eigen valkuilen te herkennen. Na een goede nacht stond ik op en merkte ik dat ik nog steeds uitgeput was. Een paar stapjes door het huis vertelden me dat ik trilde op mijn benen. Niet goed dus. Even na de middag belde de buuv aan. Ze trakteerde me op diezelfde spiegel (het leek bijna afgesproken werk), lieve stevige knuffels en een schouder om op uit te huilen. En dat laatste heb ik ook zeker gedaan. Gefrustreerd. Boos. Machteloos. Onbegrip. Bah! Toen moest ik het wel inzien, ik ben nog niet zover als ik dacht. Ik ben nog een behoorlijk eindje verwijderd van volledig herstel. Mijn energielevel is nog niet wat het zijn moet. En mijn incasseringsvermogen is heel erg wankel. Ik ben er nog niet. En er zit niets anders op dan het te accepteren...

maandag 2 augustus 2010

Joe

Meet Joe Manganiello... Precies. Adem in, adem uit. Een hemels lichaam heeft die man. Deze kerel speelt een van de nieuwe karakters in True Blood. Alcide, een weerwolf. Maar hij hoort bij de goeie. En hij verschijnt vaker zonder shirt in beeld dan met. Hè wat vervelend ;).

Bezoekje aan het CWI

Zo gauw je iemand vertelt dat je binnenkort te maken krijgt met het UWV of CWI (tegenwoordig UWV Werkbedrijf) verschijnt er altijd zo’n blik vol medelijden in hun ogen. Alsof je naar de slachtbank moet. Een week geleden had ik ze nodig voor wat informatie. Ik zag er al tegenop om te bellen en tijdenlang naar een wachtmuziekje te luisteren om vervolgens te vernemen dat ik een ander telefoonnummer, ook met wachtmuziek, moest bellen. Maar de dag voor mijn gevreesde zoektocht vertelde iemand me dat ik gewoon naar het Mercado Werkplein moest gaan.

Zo gezegd zo gedaan, autootje geparkeerd en een korte wandeling naar het pand achter het Stratums Eind. Ik meldde me keurig aan de balie met een stortvloed aan vragen. In tegenstelling tot wat je (ik in ieder geval) zou verwachten werd ik te woord gestaan door een vlotte, keurige jongedame die me op een heldere, geduldige manier uitlegde wat me te doen stond. Ze vertelde me dat ik mijn juridische vragen moest stellen aan de juridisch afdeling en haalde voor alle andere vragen de nodige informatieboekjes en pakketjes. Ik dacht “daar gaan we dan, de juridische afdeling, so far voor het snel achterhalen van die antwoorden”. Maar niets was minder waar. De juridische afdeling zat op de Waagstraat en daar kon ik zo binnen lopen zonder afspraak. Dat geldt trouwens voor zowel werknemers als werkgevers, iedereen kan er binnen lopen voor advies. Dat deed ik dan ook en na me gemeld te hebben werd ik te woord gestaan door een jurist die me precies uitlegde, in jip-en-janneke-taal, wat ik wel en wat ik niet moest doen, wat de mogelijkheden waren en ook precies hoe we een en ander moesten opstellen in een convenant. Super! Wat een service en wat een gemak. Nu maar hopen dat het zo vlotjes blijft gaan met het UWV en CWI. Maar deze eerste ronduit positieve ervaring kon niet onvermeld blijven.

Kastje, muur, kopietjes

De periode van bespreken, regelen, papieren invullen en kopietjes maken is aangebroken. Niet leuk, maar het moet gebeuren. Ff op mijn tanden bijten zeg maar. Het geluk bij een ongeluk is dat ik niet met een zak vol dubbeltjes naar de Appie hoef om mijn administratie te kopieëren. Dat doe ik gewoon thuis. Op mijn eigen printertje/kopiemasjientje. Het ongeluk bij dat geluk is dan weer dat het ding rete-traag is en de ene na de andere cartridge verslindt...

Vandaag werd ik gebeld door instantie A dat het zorgvuldig gekopieerde pakket wat ik afgelopen vrijdag per aangetekende post had verstuurd niet naar hun verzonden moest worden maar naar instantie B of C. Dus wat doet Liane sinds hedenmiddag? Juist. Opnieuw kopietjes maken. Op het trage masjien. Inmiddels heb ik weer een cartridge vervangen, piepen de wieltjes dat het een lieve lust is en hoop ik dat ik deze periode niet vaker het kastje-muur-fenomeen zal meemaken. En wat doet Liane als straks het pakket compleet is? Dan rijdt ze langs instantie C om het in de brievenbus te deponeren. En zo komt er een einde aan weer een boeiende dag.