maandag 28 juni 2010

This must be love

Afgelopen week heb ik een geweldig boek gelezen: Eten, Bidden, Beminnen. Tis niet nieuw, maar het werd me met klem geadviseerd om het vooral nu te lezen. Nu, in deze levensfase, na wat er allemaal is gebeurd en nog gaat gebeuren. Nu, in deze state of mind. En zo geschiedde. Deze blog gaat niet over het boek zelf. Maar over iets wat centraal staat. Alleen wat dat is kan en wordt ook op meerdere manieren omschreven. Balans. God. Rust. Liefde. Nu ben ik geen godsdienstig persoon. Ik geloof in een heleboel dingen, maar niet in een kerel op een wolk. Dus dat God heb ik voor mezelf maar vertaald naar Kosmos. Een beetje een vaag begrip, maar ik denk dan ook dat dat wat er is, voor ons simpele wezentjes behoorlijk moeilijk te bevatten is.
Hoe dan ook, de hoofdpersoon gaat op zoek naar balans, kosmos, rust, liefde. En dat is waar ik de afgelopen maanden ook naar op zoek ben geweest. Niet vanuit dat wat je van anderen ontvangt. Maar dat wat van binnenuit komt. De afgelopen weken heb ik veel emoties gekend en gevoeld, veel denkwerk verricht, veel ellende van me af geschud, kortom, veel progressie geboekt. I’ve come a long way.
Een week geleden nam ik een belangrijke beslissing zonder alle plussen en minnen te overzien. Er kwam wel wat ratio bij kijken, maar de intuïtie overheerste. Vanaf die keuze, dat moment, lijken de puzzelstukjes op hun plaats te vallen. Er heerst een wezenlijk ander gevoel. In Calpeverslag acht zei ik wel dat er allereerst liefde (balans, rust, kosmos) in jezelf moet zijn, maar hoe doe je dat? Ik wist het toen niet. En nog steeds kan ik er geen zinnig woord over zeggen. Wat ik wel weet is dat ik sinds een week een nieuw gevoel in mijn... eh, tsja, mijn lichaam, tussen mijn organen, in mijn maag, gewoon in mij, heb. Een soort van gelukzalige glow. Een giant happy smiley face in mijn buik. De mensen die ik de afgelopen week heb gesproken zien het ook. De lampjes zijn weer aan. Ik weet niet of dat hèt is wat er bedoeld wordt met liefde in jezelf. Maar ik denk dat het pretty close is. En ik vraag elke nacht aan Kosmos of ik het de volgende dag opnieuw mag ervaren.

zondag 27 juni 2010

Fabio


Morgen speelt Nederland de achtste finale en we hadden eigenlijk wel verwacht dat we Italië zouden tegenkomen. Dan was het een lastige wedstrijd geweest voor me. Als kaaskop moet je natuurlijk voor oranje zijn. Maar aan de andere kant, zodra Italië speelt ben ik voor Italië. Dat werkt ook zo voor bij Champions League wedstrijden. Het zal vast iets te maken hebben met dat 'non so che' (vast een vage vertaling van je ne sais quoi) dat Italiaanse mannen over zich hebben. Maar goed, morgen geen dilemma dus. Daarom vandaag in uomo een van de mooiste knullen uit het Italiaanse kamp, Fabio.

zaterdag 26 juni 2010

Vreemde vogel in bed

Een verhaaltje over hoe ik aan mijn rare slaapritueel kom... Het begon een kleine 10 jaar terug. D’s zoon M was een heel klein ventje. En als ie bij ons sliep was er altijd een slapen-gaan-ritueel. D en ik zongen een liedje, later kwam daar nog een dansje bij en nog later ook allerlei dierengeluiden. Don’t ask... Het ritueel werd die eerste jaren altijd afgesloten met een muziekdoosvogel. M kon niet zonder dat ding. Dus besloten we om in plaats van dat ding iedere keer mee heen en weer te verhuizen (met het risico dat ie een keer ergens bleef liggen), precies hetzelfde beest aan te schaffen. Toen M begon te praten en net vijf woorden sprak, had hij ook al een naam voor die trekvogel: Pompiepom. We moesten beloven dat als M niet bij ons sliep, we erg goed op Pompiepom zouden passen. Dat resulteerde erin dat Pom voortaan bij ons in bed sliep. Pom meeging op reis. Ook als D en ik alleen een tripje maakte. Pom was er altijd. Nu zou je zeggen dat met het ouder worden van D’s zoon of nadat D en ik uit elkaar gingen het Pom-tijdperk ook voorbij was. Maar niets is minder waar... Pom slaapt nog steeds in mijn bed. Sterker nog, ik slaap zelfs minder lekker als Pom er niet is. Die vreemde vogel moet in mijn bed liggen. Maar voor de rest is alles kei okee met me hoor ;).

woensdag 23 juni 2010

Versje van vroeger

Ik sta wel eens versteld van de dingen die in je geheugen blijven plakken. Ogenschijnlijk zinloze dingen. Wat je ermee moet of kunt is mij een raadsel. Maar ja, ze zijn er gewoon. Zo ook dit. Het gaat om een versje dat in een versjesboek stond. Volgens mij is het boek eerst van een tante van me geweest en heeft ze het aan mij gegeven. Eén versje vond ik zo leuk dat het talloze keren aan me is voorgelezen. En dus in mijn grijzen massa geëtst. Wat jullie ermee moeten? Waarschijnlijk helemaal niks. Maar misschien heb je zelf ook van die vreemde geheugenstickers. Hoe dan ook, dit is ‘m.

Een maandag-kind is mooi en blond.
Een dinsdag-kind is kerngezond.
Een woensdag-kind doet huilebalken.
Een donderdag-kind doet zwerven-zwalken.
Een vrijdag-kind voorkomt uw wens.
Een zaterdag-kind is een vlijtig mens.
Maar het kind dat op zondag het leven zag, is een zegen voor wie het kennen mag.

dinsdag 22 juni 2010

Thuiswedstrijd

Aanstaande vrijdag start Nuenen Culinair. De Eindhoven edities heb ik nooit bezocht. Maar zo’n thuiswedstrijd kan ik niet aan mijn neus voorbij laten gaan. Een beetje in het park rondhupsen, hapje doen, rose-tje erbij of van die blanke bubbels, ook goed, samen met my girl F. Dat betekent ook dat ik dat ding met twee wielen uit het schuurtje mag verlossen. Fiets heet het geloof ik. De banden zullen vast plat staan. Dus ben ik ook weer slachtoffer van de onbedaarlijke lachaanval van mijn buuv als ik een dezer dagen vraag of ik de fietspomp mag lenen. Het zal ongeveer zo gaan: “Fiets?!! Weet je het wel heel zeker? Kan jij dat? Fietsen? Dat moet ik zien!”. Enniewee, ik ga in ieder geval vrijdagavond (de rest weet ik nog niet). En ik ben benieuwd wie F en ik allemaal gaan tegen komen. Het wordt vast een super gezellige zomeravond.

zondag 20 juni 2010

Hond in topconditie

Of iedereen de term klassieke conditionering kent, is de vraag. Ik denk dat de hond van Pavlov een stuk bekender is. U weet wel. Voedselaanbod leidt tot kwijlen – Geluid + voedselaanbod leidt tot kwijlen – Geluid leidt tot kwijlen. Een klassieker in het behaviorisme. Kritische lieden hebben geclaimd dat de mens veel te complex is voor een verklaring aan de hand van een Stimulus-Respons-model. Maar ja, als je het aan den lijve ondervindt zit er niets anders op dan erkennen dat sommige patronen er nu eenmaal hardhandig, en vooral duidelijk waarneembaar, ingehamerd zijn.

Ik heb zelf last van een Pavlov-reactie bij het horen van een liedje. Het is niet zo dat ik ga kwijlen bij het liedje, ben maar niet bang. Maar als ik de eerste noten hoor, gaat er een schokje door me heen en grijp ik naar mijn telefoon. Een tijdlang heb ik dat liedje als ringtone op mijn telefoon gehad voor een zekere persoon. Ik had net de serie TrueBlood ontdekt en vond de tune van de leader wel erg toepasselijk op die persoon of wat er tussen ons speelde. Voor “when you came in, the air went out” had ik meestal het groene knopje al ingedrukt. Tegenwoordig heb ik een andere telefoon, geen persoonspecifieke ringtones en geen contact meer met de persoon in kwestie. Einde associatie zou je zeggen. Alle variabelen zijn immers anders. Maar nee hoor, die verdomde Pavlov-reactie blijft...

vrijdag 18 juni 2010

Vers bloed

Nee deze blogpost gaat nu eens niet over die ene tv-serie waar ik dol op ben. Het gaat over mensen. Mensen die op een kruispunt in hun leven staan. Of mensen die een moeilijke periode achter de rug hebben. Of allebei. Op de een of andere manier tref ik dit soort mensen de laatste weken behoorlijk vaak. Mensen die ik van vroeger ken en uit het oog ben verloren. Of mensen die helemaal nieuw op mijn pad komen. Een-punt-nul. Twee-punt-nul. Of allebei.
Ik roep al een tijdje dat de kosmos nogal wat van plan is met me. Voor mijn gevoel moet dat ook wel, gezien de stapel stront die ik op mijn dak heb gekregen. De hoogste tijd voor een nieuwe frisse positieve wind. En door die ontmoetingen krijg ik de indruk dat er behoorlijk hard wordt gewerkt achter de schermen van het grootste bedrijf van de wereld. Doet me goed!

donderdag 17 juni 2010

Maxima(le) controle

Daar ging Liane weer. Weer naar het Maxima. Weer op controle. Weer parkeren. Weer melden aan de balie. Weer ponsplaatje afgeven. Weer wachten. Weer naar binnen geroepen. “Hoe gaat het?” vraagt JP. Ik “Nog steeds hetzelfde, nog steeds vocht in mijn middenoor”. Na een update over wat het leven me de laatste tijd nog meer te bieden heeft en een visuele check was er wel goed nieuws te melden. Er zat lucht in, alleen de luchtbel zat helemaal bovenin. Onderin zat de holte helemaal vol met vocht. JP: “We kunnen twee dingen doen, óf we wachten nog een paar weken om te zien of het vocht dan wel weg is óf ik verdoof het trommelvlies, prik het door en zuig wat vocht weg om het te bespoedigen”. Aangezien het al 10 weken na de operatie is en het oor na 6 weken tip top hoort te zijn, vond ik het wel welletjes. Dus daar kwam het watje met verdoving en een kwartiertje later een hele lange gebogen naald. Aaaaah! Verdoving my ass! Er ontsnapte een grom van pijn uit mijn met kracht opeen geklemde kaken. Daarna een stofzuigertje dat wat vocht afnam en een typische JP opmerking “Er kan nog een druppeltje bloed uit komen, maar transfusie lijkt me niet nodig”. Over ruim 4 weken mag ik weer terugkomen voor een audiotest en (waarschijnlijk) de eindcontrole. Dat wordt dan de 15e date met JP. De vijftiende! Het is toch te gek voor woorden. Sommige vrienden zie ik zelfs minder vaak. Als ik daarna nog een keer terug moet, sta ik erop dat JP me trakteert op een behoorlijke cappucino. Dat is het minste wat je mag verwachten, toch?

woensdag 16 juni 2010

Julian


Het is even stil geweest op het vlak van ‘uomo’, maar toen ik dit exemplaar tegen kwam moest ik er wel een blog aan wagen. Wie kent hem niet. De gevaarlijke man uit de serie Charmed. Verscheurd tussen zijn slechte kant en zijn niet te blussen liefde voor Phoeby. Wie kan hem nu weerstaan?

dinsdag 15 juni 2010

Negen

Het is mooi geweest. De afgelopen week ben ik de eerste helft alleen geweest en heb ik de tweede helft doorgebracht met mijn logee M. De eerste dagen waren zwaar. Hartverscheurend verdriet, onrust en ongemak waren aan de orde van de dag. De komst van M luidde een nieuwe periode in. Er is iets veranderd, ook al kan ik niet duiden wat het precies is. Het is niet zo dat er iets is afgesloten en begraven. En ook niet dat de winnende deur is open gegaan. Ideeën voor de toekomst zijn nog net zo vaag als voorheen. Gemis en verdriet zijn niet verdwenen. Maar ik voel me wel anders. Iets in mij zegt me dat het tijd is om stappen te ondernemen. Of het nu de juiste zijn doet er niet zoveel toe. Ik ben nog niet overtuigd van mijn gewenste toekomst. Maar stil blijven zitten is geen optie meer. Het is tijd voor een nieuw tijdperk. En ik mis mijn thuis. Ik mis de typische geluidjes van Sambal. Ik mis de ff binnenloopbezoekjes met de buuv. Ik mis het leven van alledag. En ik weet dat zodra ik thuis ben mijn nieuwe leven begint. Een leven waar nog een boel in ontbreekt en een leven waarin nog veel onzekerheden schuilen. Maar de tijd zal (hopelijk) ook die dingen oplossen. Het is goed zo. Ik wil naar huis.

maandag 14 juni 2010

Acht

De ochtend bestond uit een tripje naar het nabij gelegen dorpje Altea. Ontbijt bij Paola en een drankje op het plein bij de inglesia. Slurpend aan een limon granizado bekeken we het tafereel dat daar gaande was. Opgedirkte families rondom baby’s bevolkten het terras. Blijkbaar vond er die dag een doopdienst plaats. Vrouwen met dure, chique en opzichtige jurken en metershoge hakken. Mannen strak in pak. Camera’s. Champagne. Felicitaties. Een onwerkelijke vertoning. Alsof je kijkt naar een toneelstuk zonder podium. Leuk om te zien, maar een vreemde omstandigheid waarin ik de toeschouwer was. Ik zat op het terras met een man die niet de mijne was. Niet dat dat bijzonder is of dat er ook maar een verlangen was van een van beide kanten. Maar het trof me wel. De afgelopen dagen hadden we samen gezond, gegeten en gesproken en dat was prima. Maar daar op het terras begon ik me te realiseren hoezeer ik geniet van een bepaald soort aandacht van het mannelijke geslacht. Dit inzicht was al vooraf gegaan door een droom. Voor mijn gevoel had ik al weken niet gedroomd. Natuurlijk droomt iedereen iedere nacht. Maar de afgelopen periode was er niet één ochtend dat ik me kon herinneren wat er die nacht was gebeurd. Vannacht, in mijn dromen, was ik verwikkeld in een heftige zoenscene met een man waarvoor ik een tijdje heftige gevoelens had. Het was een prettige droom en ik werd dan ook met een lichte glimlach wakker. Vanaf het moment op het terras begon het balletje te rollen. Van het ene poortje naar het andere. Ik mag dan een enorme einzelganger zijn. Er is toch een oergevoel in me dat ernaar hunkert om te geven. Ik heb een onuitputtelijke bron aan liefde in me die erom schreeuwt geschonken te worden. Aan mensen met wie ik me verbonden voel in het algemeen. Maar specifiek aan een man die dezelfde behoefte heeft als ik. Liters aan zorg, affectie en sexualiteit popelen om ontvangen en beantwoord te worden. Zo gauw die energie in beweging komt, voel ik me extatisch. Het stuwt mij en de man in kwestie met een rotgang omhoog in die euforische spiraal. Ja ik weet dat liefde allereerst in jezelf en voor jezelf moet bestaan. Maar daar waar ik de afgelopen anderhalve maand dacht dat het me nooit meer zo zou overkomen, bekroop me vandaag het gevoel dat ik het weer opnieuw wil ervaren. En dat het ook zal gebeuren. Niet nu, dit is niet het juiste moment, de recent opgelopen wond is nog lang niet genezen. Maar in de toekomst, heel graag.

zondag 13 juni 2010

Waiting sucks

Vanavond start in de US seizoen 3 van True Blood. Een serie over de 'levens' in en rondom een dorpje in Louisiana. Ik zeg bewust 'levens' omdat er niet alleen mensen in voorkomen. Vampieren zijn een andere bevolkingsgroep. En ik geloof dat dit seizoen ook weerwolven hun intrede doen. Daarnaast zijn er nog wat mensen met bijzondere gaven. Op zich is die combinatie al een bijzonder gegeven. Maar de serie biedt meer. Tenminste voor de niet zo tere zieltjes. Er komt van alles voorbij; verschillende relaties, politieke intriges, criminaliteit, bloed, bedreigingen en expliciete sex. Het vorige seizoen eindigde begin september. Dus het wachten was lang. Maar vanavond is de premiere van seizoen 3. En hopelijk morgen consumeer ik episode 1. Can't wait!

Zeven

Een brandende zon, de heetste van de week, aan een staalblauwe hemel is toch wat veel van het goede voor iemand die net een paar uur in Spanje is. Daarom slaan we vandaag het strand even over. Prima zo’n overgangsdag. Ik had alleen nog niet in de gaten dat het vooral een overgangsdag voor mij zou worden. Nog steeds heb ik moeite met het vinden van de juiste woorden. Hoe dan ook gaat deze dag de boeken in als de dag van de verandering.
Het begon met een gesprek op het balkon. Mijn emoties namen toe met elke lettergreep die ik nog uit kon brengen. Ze namen toe, maar ik kon er niks mee. Dat kan ik eigenlijk al een tijdje niet, dus dat was niet zo gek. De intensiteit van mijn emotie was ongekend. Af en toe kwam er een klein stroompje tranen door. Maar al snel hield het weer op, doorjanken lukte niet. En op dat moment wilde ik juist niets liever dan doorjanken. Het eruit gooien. Met het grootste geweld. Het verdriet transformeerde naar iets wat niet gezond is. Van een steen op mijn maag kon ik niet eens spreken. Ik kon het eigenlijk niet anders beschrijven dan een ziekmakende brok in mijn maag, een gezwel bijna, wat ik er dolgraag uit wilde kotsen. Maar dat ging niet, samen met dat zieke gevoel in mijn maag, zat er ook een strop om mijn hals die mijn keel steeds verder dicht kneep. Meerdere malen heb ik overwogen om naar de wc te gaan en mijn vinger in mijn keel te steken. Het enige wat me ervan weerhield was de wetenschap dat het waarschijnlijk niks op zou leveren. Uiteindelijk stelde M voor om een experiment te doen. Een opstelling. Niet ideaal met z’n tweeën maar het viel te proberen. Daarna probeerde hij al pendelend mijn chakra’s open te krijgen. Nadat we enkele uren bezig waren geweest met gesprekken en experimenten en er niets leek te zijn veranderd, besloten we verkoeling te zoeken in het zwembad. We stapten in de lift en op de weg naar beneden gebeurde het. Het zieke gevoel stroomde uit mijn lichaam. Zomaar. Alsof het vloeibaar was geworden en via mijn voetzolen verdween. En de strop om mijn nek loste op. In het niets.
De volgende dag was wel een stranddag. Beetje lezen. Beetje andere badgasten keuren. Beetje ouwehoeren. Na een tijdje ging M aan de wandel. Hij had een duikschool in de buurt gesignaleerd en wilde een kijkje gaan nemen. Ik bleef achter op het strand. Toen gebeurde het fenomeen waar ik al dagen op wachtte. Ik zat op mijn handdoekje. Gezicht richting de zee. De zon die mijn huid verwarmde. Starend naar de branding. Meewiegend met de zeewind die langs mijn oren suisde. En ik dacht aan niets. Helemaal niets. Mijn hoofd was leeg. Mission accomplished.

zaterdag 12 juni 2010

Sexy en donker

Zes

Mijn solodagen in Calpe zijn voorbij. Over een half uurtje arriveert mijn logee, tenminste als ie de weg kan vinden. Hij blijft tot het einde. Solo lamzakken in de zon wordt duo lamzakken in de zon. Hij zal zich vast rot geschrokken zijn toen hij uit het vliegtuig stapte. Donkere lucht, onweer, bakken regen. Dat is hier gelukkig maar tijdelijk. Morgen wordt een zonovergoten dag met een temperatuur van 30-plus. Maar goed, de solo dagen zitten erop. En het was heel anders dan vorig jaar. Toen ervaarde ik die me-time met mijn boek als bevrijdend. Ik genoot van elke minuut. Als volleerd Spanjaard sjokte ik in mijn uppie in een ultra-Spaans tempo over de boulevard. Dit jaar was anders. Ik had niet die gelukzalige kalmte in mijn lijf. Niet zo gek als je nagaat wat ik het afgelopen half jaar heb meegemaakt en nog ga meemaken. Maar toch. De eerste dagen waren een worsteling met mezelf. Veel momenten van ongemak, me niet thuis voelen zeg maar. Triestheid. Opgefoktheid. Deels door wat er komen gaat, deels door wat er is gebeurd.
Vandaag was eigenlijk de eerste dag dat ik me redelijk comfortabel voelde. Op het strand vond ik het te heet, dus ging ik terug naar het appartement. Met mijn beentjes bungelend in het zwembad las ik mijn tweede boek uit. Daarna op mijn dooie gemakje nog wat boodschapjes, een schitterende tattoo bewonderd en een cortadootje aan de boulevard. Tijdens dat koffieleuten vroeg ik me af waarom de kosmos het verwerken van verbroken relaties niet anders heeft geregeld. Sowieso heb ik nog een appeltje te schillen met de firma Kosmos, maar dat is een andere kwestie. Maar zou het niet eerlijker zijn en ook veel praktischer als de twee partijen die in de relatie zaten, vanaf het moment van de break, er even lang over zouden doen? Een even lange rouwverwerking (want dat is het in feite toch). Niet dat de één er binnen een paar weken overheen is en de ander pas maanden later. Rationeel snap ik ook wel dat het meestal zo is dat persoon één sowieso al veel verder is in het afscheid nemen dan persoon twee. Maar mijn andere hersenhelft vindt dat het verdriet en de pijn onevenredig is verdeeld. Misschien dat Kosmos & Co daar wat op vindt en die onbalans herstelt. Dat zou mooi zijn.

vrijdag 11 juni 2010

Vijf

Na een snelle hap bestelde ik mijn eerste alcoholische versnapering van de week. Gran Cacoa om precies te zijn. Een kelk waar naast vanille-ijs een flinke scheut Baileys, Amaretto en Malibu in gaat. Helemaal niet vervelend. Een milkshake met gezellige bijwerking zullen we maar zeggen. Aangewakkerd door de blijdschap dat ik eindelijk wifi aan de gang had (nee, dat is niet zo moeilijk, maar truusje-techno-mongool hier drukte voortdurend op het verkeerde knopje) en de start van een hilarisch boek, bestelde ik nog maar zo’n vaas. Over dat boek trouwens; het gaat om ‘De Grote Liefde’ van Sarah Dunn en man man man wat is het een toppertje. De nodige twittertijd en boekpagina’s later vond ik dat het tijd was voor la cuenta. Sloffend en een tikkie wankel sjokte ik terug naar mijn onderkomen. Ja, oma is niet veel meer gewend. Thuis gekomen speelde ik een spelletje en kwam ik erachter hoe zeer ik niks meer gewend was. Een stom balletje richten vergde opperste concentratie. En dan nog niet. Ik zag geel aan voor groen en ga maar door. Ik was blij dat ik geen man was met dat gebrek aan richtingsgevoel. Eigenlijk vind ik het de normaalste zaak van de wereld dat een man op de plee gaat zitten als hij moet plassen. Maar dat geheel terzijde. Ik was dus blij dat ik geen man ben. Maar soms... Soms zou ik willen dat ik voor even een man kon zijn. Ik ben niet in het verkeerde lichaam geboren of zo. Maar het zou toch wel heel leuk zijn om voor één dag door het leven te gaan als man. Om te ervaren hoe het is. Wordt er anders tegen je aan gekeken? Voel of beleef je dingen dan anders en zo ja, hoe? Hoe is het om een mannenlichaam te hebben met alle bijbehorende features? Komop vrouwelijke lezers, daar denken jullie toch ook wel eens over na? Ik weet zeker dat er mannen zijn die het wel eens andersom zouden willen ervaren. Dus mocht het dankzij een of andere Willie Wortel ooit mogelijk zijn, dan bied ik me aan voor een testritje.
*het onsamenhangende karakter van bovenstaand stuk heeft vast iets te maken met die milkshakes...*

donderdag 10 juni 2010

Vier

De zon gaat onder achter de bergen. De wolken die voor morgen zijn voorspeld drijven alvast binnen waardoor de hemel lila, rose, blauw, geel, oranje kleurt. De vogels op mijn balkon zijn verwikkeld in een echtelijke ruzie. De buren zijn niet thuis, of wel, qua geluidsproductie maakt dat niet uit. En zo komt er een einde aan another day in Spain.
Vandaag viel het me op hoe alert ik ben op mensen met tekeningen op hun lijf. Natuurlijk valt het in een oord als dit ook eerder op. Bij 30 graden + lopen mensen nu eenmaal niet in een lange broek en lange mouwen. Maar ik sta er echt bij stil en neem de tijd om het plaatje te bekijken en – in de enkele gevallen dat het een mooi plaatje is – te bewonderen. Natuurlijk is er geen match voor het schilderij dat ik maandenlang onder mijn dekbed aantrof. Dat was een klasse apart. Misschien is het wel zo dat ik door hem meer aandacht heb gekregen voor de beschilderde medemens. Waar je mee omgaat, word je mee besmet, zeg maar. En van besmetting is wel degelijk sprake. Het hart-uitgerukt-en-onherstelbaar-vernietigd-gevoel is er nog iedere dag. Een recente aanwinst in mijn vriendenkring zei me vlak voor vertrek hier naartoe “laat de gedachten aan J daar en kom terug met leuke nieuwe ideeën voor de toekomst”. Lieve woorden, ik waardeer ze ook zeer, maar hoe komt het dat niemand mij de ‘hoe’ kan leveren die hoort bij het welgemeende advies? En wie zegt dat het uberhaupt mogelijk is die gedachten hier te laten? We hebben het wel over iemand die een essentieel deel van het wereldje Liane heeft ingenomen en nu afgenomen. Mijn ‘chappy’. Als lezer vind je het misschien wat ver gaan. Maar voor mij is het wel degelijk zo. Die man, die een zo ontzettend onwaarschijnlijke match leek te zijn, kon me geven wat ik zo hard nodig had. En met zijn vertrek is ook een cruciaal deel van mezelf de deur uitgewandeld. Voor het eerst in mijn leven voel ik me eenzaam. Niet alleen, eenzaam. Omdat ik mijn soulmate met wie ik alles wilde en kon delen zo mis.

woensdag 9 juni 2010

Drie

Vreemd. Het is dindag 1 juni 17.30 uur. Het is 31 graden en ik zit op mijn balkon. In mijn tweede rondje zonnebaden ben ik in slaap gesukkeld bij het zwembad, waardoor mijn rug is verbrand. Het hoogseizoen is hier blijkbaar nog niet echt aangebroken, want sommige eettentjes en barren zijn nog dicht. Allemaal simpele gegevens. Nog zo’n simpel gegeven is dat ik mijn queeste naar ‘wat wil ik nu echt’ gedwongen moet bespoedigen. De aanwezigheid van die vraag is niet nieuw. Dat spook valt me al maanden lastig. Ik had voor mezelf besloten dat ik daar ergens in 2010 uit moest zijn. Maar aan dat ‘ergens’ komt nu een einde. Sinds enkele dagen weet ik dat ik haast moet maken. En dat voelt heel gek in deze zomerse setting. De omgeving en omstandigheden alhier zijn de perfecte ingrediënten om het koppie leeg te maken. Dat was immers ook het plan. Maar ik vraag me af of dat wel gaat lukken met de deadline die in mijn nek hijgt.

dinsdag 8 juni 2010

Twee

Calpe weetjes, wijsheden en zinloze doedels.
- Leidingen lopen diagonaal over de muur.
- Cortado is de lekkerste koffie, zelfs lekkerder dan cappucino.
- Van zeelucht krijg je honger.
- Er logeert een familie vogels op mijn balkon.
- Meeuwen zijn heel erg groot.
- De energie van de zee is een bijzonder iets.
- Dit jaar ga ik terug naar huis zonder nieuwe schoenen.
- Ik ben een krakeling. Ik kan zelfs mijn eigen rug insmeren met zonnebrand.
- Alles en iedereen heeft een min- en een pluskant.

maandag 7 juni 2010

Een

Dag 1 zit erop. De vakantie die bedoeld was als relaxbreak voor J en mij is begonnen. Alleen liep het qua hoofdrolspelers in dit avontuur net even anders. Okee, hij zou later arriveren. Dus de start van deze vakantie is nog steeds hetzelfde, kun je zeggen. Maar het voelt toch anders. De wetenschap dat hij niet komt voelt toch aan als een blok beton op mijn maag.
Voordat deze dag startte had ik mijzelf ten doel gesteld om vooral mijn hoofd leeg te maken. Dat is wat ik wil bereiken met deze week. Ook al weet ik niet hoe dat moet. Niet voor niets ben ik deze dagen gewapend met een schrijfblok dat helemaal vol mag. Dus ik besluit de dag van me af te schrijven. Met de ‘pings’ en ‘kletters’ van een air hockey spelletje ergens beneden aan de boulevard, een glaasje zumo melocotón en cigaretten in de aanslag open ik het schrijfblok met harde kaft en schrijft mijn pen regel voor regel vol. Eerst maar eens mijn ervaringen van vandaag beschrijven. Geen hoogdravende allesverpletterende inzichten; gewoon de dingen van de dag.
De vlucht naar Alicante begon verre van ideaal. Nadat ik afscheid had genomen van mijn vader trof ik een rij voor de securitypoortjes aan, die diagonaal door de hele vertrekhal liep. Als ik braaf achteraan zou sluiten zou ik never nooit niet op tijd bij de gate zijn. Na minuten van gedraai en getwijfel sloot ik, geheel tegen mijn principes in, horizontaal aan in de rij. Oftewel ik sloeg 2/3 van de rij over. Ach, brutale mensen hebben de halve wereld, maakte ik mijzelf wijs. Om het ongemakkelijke gevoel de nek om te draaien begon ik een praatje met de 2,40 m lange buurman. Ik weet niet hoe lang hij was; maar hem aankijken leverde een rek- en strekoefening op voor mijn nek die je zou kunnen vergelijken met een fitness-exercise. Eenmaal door de security bleek de vlucht ruim een half uur vertraging te hebben. Ha, daar sta je dan met je voordringen.
Toen we eindelijk aan boord mochten, presteerde ik het om een diepe wond in mijn vinger op te lopen. Een beetje nonchalant wipte ik de armleuningen omhoog en schraapte langs een scherp randje. Resultaat: hapje uit wijsvinger. Om de boel nog wat meer op te fleuren liet de gezagvoerder ons weten wat de reden was van de vertraging. Het vliegtuig was op weg naar Eindhoven in botsing gekomen met een vogel. De mechanische vogel had de strijd gewonnen. Maar moest natuurlijk grondig geïnspecteerd worden voordat ie weer de lucht in ging. Als je weet dat vliegen geen grote hobby is van me en ik altijd toch wel een beetje angstig ben, kun je je voorstellen hoe ik die eerste kilometers naar boven in mijn stoel heb gezeten.
Na een kortstondige woordenwisseling met mijn voorbuurvrouw, die toch echt vond dat zij het recht had haar stoel achterover te zetten, ook al zaten mijn knieën al klem tegen haar rug, kon ik me een beetje ontspannen. Starend uit het raam voelde ik hoe mijn keel werd dicht geknepen. Mijn neus raakte verstopt en voordat ik het wist stroomde warme tranen over mijn wangen. Waar deze uitbraak vandaan kwam kon ik niet zeggen. Ze waren er gewoon. In stilte huilde ik tranen zonder herkomst.
De volgende uitdaging diende zich aan. De landing werd ingezet. En boy! wat een rit. Ken je dat wanneer een peutervogeltje zijn eerste vlieg- en vooral landingsles krijgt? Zwevend en zwabberend van links naar rechts? Nog nooit heb ik zo dicht tegen reisziekte aan gezeten. Wat een opluchting toen het ding eindelijk aan de grond stond en niet nog een frontale botsing met een vogel van vlees en bloed was aangegaan.
Na mijn koffer (zonder splinternieuwe spanband die ik toch echt had bevestigd voor de vlucht) te hebben opgepikt vervolgde ik mijn reis naar de taxistandplaats. De chauffeur bleek een Spaanse knul met een in-en-in zwarte zonnebril die minder dan 10 woorden Engels sprak. Geen probleem. Dan heb ik het lekker rustig. Tijdens de 50 minuten tellende rit viel mijn oog op een tattoo op zijn linker onderarm. Een of andere Chinese tekenreeks was op hem vereeuwigd en ik besloot dat ik wilde weten wat het was, voordat ik hem gedag zou zeggen. De route kwam inmiddels aardig bekend voor. Villajoyosa, Benidorm, Callosa, Altea, Calpe. En daar aan het einde van de sliert hotels was Esmeralda. Terwijl Spaanse knul mijn koffer uit de auto haalde vroeg ik hem wat zijn tekening betekende. Een brede glimlach sierde zijn met zonnebril afgeschermde gezicht. ‘Happy’ antwoordde hij. Of eigenlijk ‘Chappy’, zoals de taximan het zei. Hoe treffend; de vakantie die me zou moeten helpen om uit te vinden wat ik nu wil en hopelijk iets van het verleden los te laten, begint met iemand die een woord op zijn lichaam heeft laten aanbrengen, waar het bij mij aan ontbreekt: geluk.